Nieuwe samenwerking

Daartoe waren al initiatieven zoals Samen Opleiden & Professionaliseren (SO&P) en Regionale Aanpak Personeelstekort Onderwijs, de zogenaamde RAP-regio’s. Toch acht men de samenwerking en aanpakken nog te versnipperd en de financiering ervan te incidenteel. Om te versnellen zal het Samen Opleiden & Professionaliseren en de RAP stapsgewijs worden samengevoegd in versterkte en duidelijk begrensde, (waar mogelijk) sectoroverstijgende onderwijsregio’s. In deze regio’s kunnen dan bindende afspraken gemaakt worden met betrekking tot het werven, matchen, opleiden, begeleiden en professionaliseren van personeel. Een nieuwe bestuurlijk entiteit, de landelijke Realisatie-Eenheid, afgekort RE, zal dit proces gaan aanjagen, faciliteren maar ook monitoren en het leren bevorderen, regionaal en overall. (Lees meer: https://www.vo-raad.nl/nieuws/voorlopers-onderwijsregio-s-van-start en https://www.vo-raad.nl/nieuws/subsidieregelingen-voor-onderwijsregio-s-rap-en-samen-opleiden-gepubliceerd)

Prognoses arbeidsmarkt vo

Hoe staat er dan de komende jaren voor met het aantal leerlingen, de vraag naar leraren en de tekorten? OCW laat jaarlijks arbeidsramingen doen, waarmee zij proberen zich niet door de ontwikkelingen te laten overvallen. De ramingen die we hier weergeven, geven een beeld van de arbeidsmarkt voor leraren in het vo in de komende jaren, uitgaande van de huidige situatie. Hoe ziet het plaatje eruit?

Op basis van de bevolkingsprognoses van het CBS en uitgaande van dezelfde verhouding tussen leerlingen en leraren als momenteel, wordt voor de komende 10 jaar voor het vo een aanzienlijke leerlingdaling verwacht, en daarmee een verminderde behoefte aan leraren.

Maar leraren stromen ook uit, om verschillende redenen. De belangrijkste daarvan is het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Dus ook met een dalende vraag op langere termijn blijft er sprake van een lerarentekort.

De verwachte tekorten zijn relatief laag in vergelijking met de tekorten die in het po op langere termijn dreigen te ontstaan. Een belangrijke reden hiervoor is de verwachte daling van het aantal leerlingen in het vo. Dit betekent echter niet dat er geen tekorten zijn of zullen ontstaan.

De tekorten zijn geconcentreerd bij bepaalde vakken. Onderstaand figuur geeft het verwachte tekort per hoofdvak weer, bovenop de huidige situatie. Deze wordt uitgedrukt in vacaturedruk. De vacaturedruk is het aandeel verwacht tekort van de totale werkgelegenheid voor leraren binnen een hoofdvak.

De vakken Informatica, Scheikunde, Natuurkunde, en Klassieke Talen zullen de komende jaren nog moeilijk te vervullen zijn. Frans, Duits en Wiskunde nemen een soort tussenpositie in en voor de vakken Economie, Biologie, Engels verbetert de situatie aanzienlijk vanaf 2027. Voor het vak met de grootste vacature-intensiteit in 2027 (Informatica) geldt dat een beperkt aantal fte tekort wordt verwacht, omdat hier veel minder uren van worden gegeven.

(Lees meer: https://www.ocwincijfers.nl/sectoren/voortgezet-onderwijs/personeel/prognoses-arbeidsmarkt-vo

Onderwijskwaliteit

Lerarentekort en onderwijskwaliteit hangen samen. Onderwijskwaliteit leveren vraagt tenminste om voldoende bekwame en bevoegde leraren. Begin dit jaar heeft de Onderwijsinspectie onder scholen onderzoek gedaan, waarbij ze gevraagd hebben welke maatregelen scholen nemen i.k.v. het tekort aan leraren en of men denkt dat de maatregelen helpen.

Wat doet men zoal?

  • Gaten opvullen: het plaatsen van anderen (onderwijsondersteunend personeel, leraren-in-opleiding, gepensioneerden, ouders, MT-leden, onbevoegden of andere externen) voor de klas. Ook viel een flexibele schil in deze categorie (bijv. ondersteuners die bij uitval mensen kunnen vervangen)
  • Instroom verhogen: samenwerking met opleiders, zij-instromers en alle andere vormen van het werven of trekken van nieuw personeel (bijv. via scholenmarkten, social media, aanbieden van maatschappelijke stages, voorrang op huisvesting)
  • Anders organiseren: zowel tijdelijke manieren van anders organiseren (bijv. minder lesuren, grotere klassen) als meer structurele maatregelen (bijv. afstandsonderwijs, leerpleinen)
  • Uitstroom verlagen/behoud: maatregelen om de werkdruk te verlagen (bijv. ondersteuning bij administratieve taken) of om huidig personeel te binden of vast te houden (bijv. prettig werkklimaat creëren, coaching, schoolwegingbonus)
  • Meer uren werken: navraag over uitbreiding van het contract van bestaand personeel

En helpen de maatregelen? Daarover zijn schoolleiders wisselend positief. Sommigen geven nadrukkelijk aan dat men niet de onderwijskwaliteit kan bieden die men voor ogen heeft en dat het roeien is met de riemen die je hebt. Anderen denken wel dat ze het redden met de door hun gekozen oplossingen. Maar of goed onderwijs op lange termijn gewaarborgd is, daarover heeft men zorgen. Net zoals over mogelijk negatieve effect op het welbevinden en werkplezier en op de werkdruk van de medewerkers op school. Leraren zelf geven dat de werkdruk is verhoogd, door onvervulde vacatures en door zieke collega’s ziek waardoor zij verantwoordelijkheid hebben voor meer leerlingen. Dat heeft inderdaad impact op het welbevinden. Voor nieuwe leraren en ondersteunend personeel lijkt er minder tijd is begeleiding, en dat geeft ook werkdruk. Noodoplossingen blijven te lang bestaan, men heeft het gevoel achter de feiten aan te lopen. Niet iedereen ervaart onder vergelijkbare (moeilijke) omstandigheden dezelfde druk, maar - zo zegt een ondervraagde-: ‘Het vraagt van ons allemaal veel de moed erin te houden en om positief te blijven.” Men voelt ook wel saamhorigheid: het team zet samen de schouders eronder om de boel draaiende te houden. Dat is dan misschien een positieve bijkomstigheid. Maar het moet allemaal niet te lang duren. Eén leraar vertelde: “Ik heb nu al 60 uur ingevallen en we zijn pas 10 weken verder.” Het algemene beeld is dat zolang iedereen overeind blijft de boel kan doordraaien, maar dat de rek er bij veel bevraagde scholen langzaam uit is.

(Lees meer: https://www.onderwijsinspectie.nl/documenten/rapporten/2023/05/10/technisch-rapport-verkennend-onderzoek-lerarentekort-svho-2023)