Nederland kent een diverse jongerenpopulatie. Wat alle jongeren echter met elkaar gemeen hebben, is dat zij opgroeien in dezelfde tijd. Wat ‘jong zijn’ in Nederland anno nu kenmerkt en wat er is veranderd in de gezondheid en het welzijn van jongeren in de laatste twintig jaar, onderzoeken wij met het Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) onderzoek. Sinds 2001 neemt Nederland deel aan dit internationaal-vergelijkende onderzoek, waarvoor wij elke vier jaar aan representatieve groepen van duizenden scholieren in Nederland vragenlijsten voorleggen over hun gezondheid en welzijn (Boer e.a., 2022).

Gezondheid

Wat valt op als we de gezondheid en het welzijn van jongeren anno nu vergelijken met die van hun leeftijdsgenoten twintig jaar geleden en in andere landen? Nederlandse jongeren kenmerken zich allereerst door hun positieve sociale relaties. Al twintig jaar lang rapporteren zij heel positief over de relatie met hun ouders, klasgenoten en vrienden. Zo gaf in 2021 88 procent van de middelbare scholieren aan (heel) gemakkelijk met moeder en 81 procent (heel) gemakkelijk met vader te kunnen praten. Het percentage jongeren dat pest of gepest wordt, is bovendien in twintig jaar behoorlijk afgenomen en is laag vergeleken met andere landen (Inchley e.a., 2020). Ook opvallend is dat jongeren nu veel minder vaak roken en alcohol drinken dan een jaar of vijftien geleden. Ondanks een spectaculaire daling in het roken en alcoholgebruik in het begin van deze eeuw, is het drankgebruik onder 15- en 16-jarigen in 2021 echter nog steeds hoog. Zo gaf 59 procent van de 16-jarigen in 2021 aan in de laatste maand alcohol gedronken te hebben, en 85 procent van deze groep had in die maand aan binge-drinken gedaan (het drinken van tenminste vijf glazen op één gelegenheid). De afgelopen jaren hebben zich geen grote veranderingen voorgedaan in het eetgedrag en de beweging van jongeren, maar zij bewegen ook in 2021 aanzienlijk minder vaak dan aanbevolen (Gezondheidsraad, 2017). Ook eet de meerderheid niet voldoende groente en fruit (Voedingscentrum, 2017) en een steeds groter percentage jongeren ontbijt niet dagelijks. Het aantal jongeren dat te maken heeft met verslavingskenmerken rondom sociale media en gamen is, ondanks de substantiële toename in internetgebruik in de afgelopen jaren, in Nederland bijzonder laag (Inchley e.a., 2020).

Mentaal welbevinden

Op het gebied van schooldruk en mentale gezondheid is er een duidelijke negatieve trend. Hoewel wij willen benadrukken dat het met de meeste jongeren wél goed gaat, zijn er in de afgelopen twintig jaar nog nooit zoveel jongeren geweest die veel schooldruk ervoeren en mentale problemen hadden als nu. In 2021 rapporteerde de meerderheid van de meisjes en ruim een derde van de jongens in het voortgezet onderwijs (nogal) veel schooldruk. Dit kwam neer op een verdriedubbeling in twintig jaar tijd. Dit is problematisch, omdat we weten dat schooldruk sterk gerelateerd is aan mentale problemen (de Looze e.a., 2020). Het is dan misschien ook niet verwonderlijk dat de levenstevredenheid (uitgedrukt in een cijfer dat jongeren geven aan hun leven), in vier jaar tijd met een half punt daalde, van een 7.6 (2017) naar een 7.1 (2021). Bij meisjes daalde het zelfs tot een 6.7. Verder gaf zeventig procent van de meisjes in 2021 aan regelmatig last te hebben van psychosomatische problemen, en bijna de helft van de meisjes ervoer emotionele problemen, zoals zich ongelukkig voelen, in de put zitten en veel piekeren. Vier jaar eerder waren deze percentages nog 56 en 28 procent. Ook bij jongens zagen we een verslechtering van de mentale gezondheid tussen 2017 en 2021, maar deze staat niet in verhouding tot die bij meisjes. De resultaten van het HBSC-onderzoek zijn in lijn met de recente toename van de instroom in de GGZ van jongeren met mentale problemen, waaronder suïcidaliteit, eetstoornissen en zelfbeschadiging (Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd, 2021).

Jongeren, met name meisjes, hebben een kwetsbaarheid opgebouwd die waarschijnlijk niet zomaar verdwijnt.

De ontwikkelingen op het gebied van schooldruk en mentale gezondheid zijn zorgwekkend. Omdat de adolescentie een cruciale levensfase is voor de ontwikkeling van een goede mentale gezondheid (Kessler e.a., 2007), is het van groot belang om jongeren de ondersteuning te geven die zij nodig hebben. Het is zeer waarschijnlijk dat de veranderingen in schooldruk en mentale gezondheid tussen 2017 en 2021 deels samenhangen met de coronacrisis. Dit betekent echter niet dat de problemen zich vanzelf oplossen als de coronacrisis definitief tot het verleden behoort. Jongeren, met name meisjes, hebben een kwetsbaarheid opgebouwd die waarschijnlijk niet zomaar verdwijnt. Het is daarom van belang dat er duurzaam wordt ingezet op de mentale gezondheid van jongeren. Hoewel er op nationaal niveau, op scholen en in gemeenten al veel aandacht is voor de mentale gezondheid van jongeren, bijvoorbeeld via de middelen van het Nationaal programma Onderwijs (NPO), zijn veel van dit soort initiatieven van tijdelijke aard. De toename in mentale problemen vraagt om een meer fundamentele versterking van zorgstructuren om jongeren en scholen heen, onder andere door de samenwerking tussen jeugdzorg en scholen te intensiveren.

Prestatiedruk

Naast de coronacrisis zien wij een belangrijke oorzaak van de stijging in schooldruk en daling in mentale gezondheid in het toegenomen belang dat door jongeren, hun ouders en de maatschappij gehecht wordt aan het zo goed mogelijk presteren op school (Elffers, 2018); een fenomeen dat eerder al is betiteld als ‘het einde van de zesjescultuur in Nederland’ (Vermeulen, 2018). In de afgelopen jaren zijn steeds grotere aantallen jongeren een hoger opleidingsniveau gaan volgen (CBS, 2022), zijn ouders steeds meer geld aan huiswerkbegeleiding en bijles gaan besteden (Elffers, 2018), en neemt excelleren een steeds centralere plaats in op sommige scholen, wat bijvoorbeeld blijkt uit het feit dat het voor middelbare scholieren sinds 2016 mogelijk is om de aantekening ‘cum laude’ op hun diploma te krijgen (Staatsblad, 2015). Hoewel een beetje druk om te presteren soms juist kan helpen bij het leren en er in principe niets mis is met het idee om het beste uit jezelf te halen, is het niet wenselijk dat deze druk ten koste gaat van de mentale gezondheid van jongeren. Wij pleiten er dan ook voor om in te zetten op het veranderen van de prestatiecultuur, waarin jongeren het gevoel hebben dat zij constant ‘de beste versie van zichzelf’ moeten zijn en waar een (te) sterke focus ligt op cognitieve resultaten.

Wat te doen?

Wat kunnen scholen en ouders doen om de schooldruk onder hun leerlingen en kinderen te verlagen? Een oplossingsrichting zou kunnen liggen in het schooladvies dat leerlingen krijgen aan het einde van de basisschool. Dit moet niet te laag, maar zeker ook niet te hoog zijn, omdat het risico dan bestaat dat leerlingen de gehele middelbare schooltijd op hun tenen lopen. Door de keuze voor een schoolniveau uit te stellen, bijvoorbeeld via de inzet van brede brugklassen, zou de druk die jongeren nu al op de basisschool voelen, wellicht kunnen worden verlicht. Voor ouders is het in het keuzeproces voor een schoolniveau belangrijk om zich bewuster te worden van de druk die zij vaak, onbewust, op hun kinderen leggen. Belangrijk hierbij is de herwaardering van alle onderwijstypen en van de unieke vaardigheden die deelname aan de verschillende onderwijstypen met zich meebrengt. Verder zijn er aanwijzingen dat scholen voor voortgezet onderwijs de druk onder hun leerlingen kunnen verminderen door minder of beter geplande toetsen te geven of door de hoeveelheid huiswerk te beperken (Doornwaard e.a., 2021; Vermeulen e.a., 2021). Ook zou, vanwege de nadruk op cijfers en excelleren, gedacht kunnen worden aan afschaffen van de aantekening ‘cum laude’ op het middelbareschooldiploma (Jessurun, 2022).

En de jongeren zelf? Een veel gehoorde kritiek is dat jongeren tegenwoordig niet weerbaar genoeg zijn en dat we hen moeten leren hoe om te gaan met de stress die zij ervaren. Er bestaan aanpakken die inzetten op het vergroten van de weerbaarheid van jongeren, bijvoorbeeld met elementen van mindfulness. Hoewel deze effectief kunnen zijn voor geselecteerde groepen leerlingen (Van Loon e.a., 2020) en dus kunnen bijdragen aan een verlichting van mentale problemen, impliceren dit soort trainingen ook dat jongeren individueel verantwoordelijk zijn voor de oplossing van hun stress en mentale problemen. Het is zeer de vraag of deze veronderstelling terecht is.

Naar jongeren luisteren

Hoe dan ook zijn jongeren zelf cruciaal om het tij te keren. In de geschiedenis hebben jonge generaties keer op keer laten zien dat zij de motor achter grote maatschappelijke veranderingen zijn (denk bijvoorbeeld aan de strijd tegen klimaatverandering en discriminatie). Ook in de strijd tegen een ongezonde prestatiecultuur, waar ook veel volwassenen onder gebukt gaan, kunnen jongeren een verschil maken. In gesprekken die wij met jongeren voerden naar aanleiding van de resultaten van ons onderzoek, bleek maar weer eens hoe feilloos zij de vinger op de zere plek kunnen leggen en hoe goed zij kunnen verwoorden wat volgens hen oorzaken zijn van de problemen die hun generatie ervaart. Bovenal zitten jongeren boordevol inspiratie over mogelijke oplossingen. Belangrijk is dat wij - onderzoekers, ouders, leraren, zorgprofessionals, beleidsmedewerkers - naar hen luisteren, hen actief bij dit vraagstuk betrekken en oprecht openstaan voor de initiatieven die zij aandragen. Of zoals een leerling het verwoordde: “Wij zijn de toekomst… Geef ons dan ook de mogelijkheid om invloed te hebben op die toekomst.”

Het HBSC onderzoek in Nederland wordt uitgevoerd in een samenwerking tussen de Universiteit Utrecht, het Trimbos-instituut en het Sociaal en Cultureel Planbureau.

Margreet de Looze, Maartje Boer en Gonneke Stevens zijn verbonden aan de afdeling Interdisciplinaire Sociale Wetenschap van de Universiteit Utrecht. Saskia van Dorsselaer is wetenschappelijk medewerker Epidemiologie bij het Trimbos-instituut. Simone de Roos is wetenschappelijk medewerker bij het Sociaal en Cultureel Planbureau.

Luisteren en lezen:

‘Forse stijging in mentale problemen scholieren’ van de podcastserie ‘Jong Geleerd’ van de Universiteit Utrecht

https://open.spotify.com/episode/6WgrkCT3hWIL3wCMBIhA40?si=fe5UYa1RQcC0jQD2P32RfA&nd=1

HBSC rapport en HBSC magazine:

https://hbscnederland.nl/nieuw-nederlands-rapport/

https://hbscnederland.nl/bladerboek/

Geraadpleegde literatuur

Boer, M., van Dorsselaer, S., de Looze, M., de Roos, S., Brons, H., van den Eijnden, R., Monshouwer, K., Huijnk, W., ter Bogt, T., Vollebergh, W., & Stevens, G. (2022). HBSC 2021. Gezondheid en welzijn van jongeren in Nederland. Utrecht: Universiteit Utrecht.

De Looze, M., Cosma, A., Vollebergh, W., Duinhof, E., de Roos, S., van Dorsselaer, S., van Bon-Martens, M., Vonk, R., & Stevens, G. (2020). Trends over Time in Adolescent Emotional Wellbeing in the Netherlands, 2005-2017: Links with Perceived Schoolwork Pressure, Parent-Adolescent Communication and Bullying. Journal of Youth and Adolescence, 49(10), 2124-2135.

Doornwaard, S., Peeters, M., Leijerzapf, M., De Haas, J., Efat, A., & Kleinjan, M. (2021). Mentaal kapitaal: Welke factoren spelen een rol bij ongezonde stress, prestatiedruk, schoolverzuim/thuiszitten en schooluitval? Utrecht: Regionale Kenniswerkplaats Jeugd en Gezin Centraal.

Elffers, L. (2018). De bijlesgeneratie: Opkomst van de onderwijscompetitie. Amsterdam: Amsterdam University Press.

Gezondheidsraad (2017). Beweegrichtijnen 2017. Den Haag: Gezondheidsraad.

Inchley, J., Currie, D., Budisavljevic, S., Torsheim, T., Jaastad, A., Cosma, A. P., Kelly, C., Arnarsson, Á., & Samdal, O. (2020). Spotlight on adolescent health and well-being. Findings from the 2017/2018 Health Behaviour in School-aged Children (HBSC) survey in Europe and Canada. Copenhagen, Denmark: World Health Organization.

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (2021, maart). Factsheet: Onvoldoende tijdige en juiste hulp voor jongeren met ernstige psychische problemen. Den Haag: Ministerie van VWS. Geraadpleegd van https://www.igj.nl/publicaties/publicaties/2021/03/15/factsheet-onvoldoende-tijdige-en-juiste-hulp-voor-jongeren-met-ernstige-psychische-problemen

Jessurun, J. (2022, 14 april). Geen cum laude meer bij geneeskunde VU: Te veel nadruk op presteren. NOS. Geraadpleegd van https://nos.nl/artikel/2425190-geen-cum-laude-meer-bij-geneeskunde-vu-te-veel-nadruk-op-presteren

Staatsblad (2015, 2 oktober). Besluit van 24 augustus 2015 tot wijziging van het Inrichtingsbesluit WVO, het Inrichtingsbesluit WVO BES, het Eindexamenbesluit VO, het Eindexamenbesluit VO BES, het Staatsexamenbesluit VO en het Staatsexamenbesluit VO BES in verband met opnemen van het vak Chinese taal en cultuur en vermelding van het judicium cum laude op het diploma. Geraadpleegd van https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2015-340.html

Van Loon, A., Creemers, H. E., Beumer, W. Y., Okorn, A., Vogelaar, S., Saab, N., Miers, A. C., Westenberg, P. M., & Asscher, J. J. (2020). Can schools reduce adolescent psychological stress? A multilevel meta-analysis of the effectiveness of school-based intervention programs. Journal of Youth and Adolescence, 49(6), 1127–1145.

Vermeulen, M. (2018, 16 maart). Zesjescultuur maakt plaats voor strijd om hoge cijfers – wat doet dat met jongeren? Volkskrant. Geraadpleegd van https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/zesjescultuur-maakt-plaats-voor-strijd-om-hoge-cijfers-wat-doet-dat-met-jongeren~b1355733/

Vermeulen, W., Schwartz, T., Hoekstra, S., & Kleinjan, M. (2021). Druk in het voortgezet onderwijs. Onderzoek naar oorzaken van schooldruk in het voortgezet onderwijs. Amsterdam: SEO Economisch Onderzoek.

Voedingscentrum (2017). CBS: Jonge kinderen eten vaker voldoende fruit en groente dan oudere. Geraadpleegd van https://www.voedingscentrum.nl/nl/nieuws/cbs-jonge-kinderen-eten-vaker-voldoende-fruit-en-groente-dan-oudere.aspx