Landelijke kaders bieden nog geen kant-en-klaar curriculum. Scholen hebben ook keuzes te maken. Leraren zijn de experts en weten als geen ander wat past bij hun leerlingen. Om de ambities die scholen hebben ook waar te kunnen maken, is het nodig dat er leraren zijn die, net als Sylvia, met een helikopterblik naar het curriculum van hun school kunnen kijken. Dat zijn de curriculumspecialisten in de school. In een coronaproof virtueel rondetafelgesprek vroegen leerplanontwikkelaars Talita Groenendijk en Geesje van Slochteren van SLO Sylvia het spreekwoordelijke hemd van het lijf.

Sylvia, je bent leraar Duits en Engels op Plein Joure. Hoe is het zo gekomen dat je naast je reguliere taak van lesgeven ook andere taken bent gaan doen?
"Na twintig jaar lesgeven had ik steeds vaker het gevoel dat ik alle situaties al eens had meegemaakt. Lesgeven vind ik heerlijk, maar ik wilde weer eens écht ergens mijn tanden inzetten. Als eerste stap ben ik toen de master Leren en innoveren gaan doen. Dat was zo boeiend en leuk, dat ik het gewoon jammer vond dat het afgelopen was."

Wat was het belangrijkste inzicht dat je tijdens je master opdeed?
"Dankzij de opleiding werd ik me vooral bewust hoe het samenspel tussen team en directie verloopt en waarom innovatieprocessen te vaak verzanden en alles bij het oude blijft. Gedachtenpatronen en verwachtingen van team en directie lopen nogal eens uiteen. Ik kreeg in de opleiding handreikingen hoe je te werk kunt gaan om alle neuzen dezelfde kant op te krijgen. Ik heb dat toen opgepakt voor het thema differentiëren. Inmiddels zitten team en directie op mijn school daarover volledig op één lijn."

Mede vanwege je masterstudie Leren en innoveren ben je door de directie van je school gevraagd om als onderwijsontwikkelaar bij te dragen aan een grootschalig veranderproces. Je vervult een voortrekkersrol bij het samengaan van jullie school met een andere school in Joure. Wat is jouw rol hierbij?
"Een christelijke school en een openbare school gaan de samenwerking aan. Allebei zijn het vrij traditionele scholen met klassikaal onderwijs, maar wel met twee verschillende culturen. Zo'n vier jaar geleden zijn we voor een eerste verkenning bij elkaar gaan zitten. Eerst snuffel je wat aan elkaar, maar al snel kwamen we tot de conclusie dat we allemaal gewoon leraren zijn, met dezelfde principes en dezelfde normen en waarden als het gaat over onderwijs en leerlingen.
We zijn een krimpregio. Beide scholen krijgen te maken met een afname van leerlingen. We willen alle leerlingen in Joure en omgeving toch een breed en gevarieerd onderwijsaanbod bieden. Met minder leerlingen per school kunnen we niet op dezelfde voet verder gaan. Inmiddels hebben we een gezamenlijke onderwijsvisie ontwikkeld en onderzocht wat we willen behouden en wat we willen vernieuwen. Voor nu betekent het dat we leerlingen, naast het reguliere aanbod, keuzemodules bieden, zoals Cambridge Engels, Spaans, maar ook bijvoorbeeld fotografie. Ook is er een module voor de meer excellente leerlingen. Deze is ontwikkeld door de Rijksuniversiteit Groningen.
Het klassikaal lesgeven, één docent op een klas per vak met een te klein aantal leerlingen zal, als de krimp doorzet, niet meer haalbaar zijn. Door vakken in de toekomst mogelijk te clusteren en het brede scala aan keuzemodules kunnen we met minder leerlingen toch dat gevarieerde onderwijs blijven geven. In de nabije toekomst willen we onze leerlingen steeds meer maatwerk bieden. In ons onderwijsaanbod komen onder meer 21e-eeuwse vaardigheden ruimschoots aan bod. Hiervoor maken we dankbaar gebruik van tools van SLO."

Sylvia Dortmundt

En waar bestaat jouw voortrekkersrol uit?
"De directie vroeg mij en enkele collega’s het voortouw te nemen bij de eerste gesprekken. Vanuit die rol ben ik toen doorgegroeid naar het voorzitterschap van de onderbouwwerkgroep die de samenwerking begeleidt en functioneerde ik als schakel tussen team en directie."

Je hebt er steeds meer taken bijgekregen. Zijn al die taken geformaliseerd? Hoe is dat bij jullie op school geregeld?
"Voor mij is dat geformaliseerd. Ik heb uitbreiding gekregen om de taken naast het lesgeven te vervullen. Ik doe bijvoorbeeld ook alle lesbezoeken en de daaraan verbonden evaluatiegesprekken. Mijn collega’s gebruiken mijn verslag en formulier tijdens het fuctioneringsgesprek met de directeur.
Inmiddels geef ik voor iets minder dan vijftig procent van mijn taken les. Ook andere collega's die taken uitvoeren naast het lesgeven hebben uitbreiding gekregen. We hebben een directeur die goed kijkt naar de sterke kanten van medewerkers. Waar zijn ze, naast lesgeven, goed in, waar willen ze tijd in steken? Waar worden ze enthousiast van? Daarom zijn er op onze school meer collega's die een ontwikkelrol vervullen."

Een nadeel van geformaliseerde taken en werkzaamheden kan zijn dat je een positie krijgt, waarbij de afstand tot het team groter wordt. Hoe is dat bij jou?
"Ik merk het in kleine dingen, ik krijg niet alles meer mee wat er onder collega’s leeft. Dat geeft niet, ik hoef niet alles te weten. Omdat ik hier al zo lang werk heb ik een goede band met mijn collega's. Ze zullen mij nooit zien als obstakel tussen het team en de directie. Dus als er iets is, dan komen ze wel naar me toe."

Ga je, omdat je je met het schoolbrede curriculum bezighoudt, in gesprek met collega's over andere vakken dan die van jezelf?
"Nou dat doe ik eigenlijk niet, ik hang er een beetje boven. We hebben gesprekken over de samenwerking tussen de twee scholen en de twee lerarenteams. Ik spreek dus niet met mijn collega’s van andere vakgebieden over de inhoud van hun vakken, maar bekijk het grotere geheel en zorg dat zij tijd en ruimte krijgen het gesprek over hun vakgebied en de inhoud van hun lessen te voeren."

Die helikopterblik past bij een curriculumspecialist. Wat vind je van een oproep aan leraren om zich te ontwikkelen tot curriculumspecialist? Is dat haalbaar, denk je?
"Ik denk dat het waardevol zou zijn als meer leraren zich ontwikkelen tot curriculumspecialist. Je bent dan echt bezig met onderwijsontwikkeling en waar je als school met het onderwijs naartoe wilt. Mij doet het goed om buiten de deur van mijn eigen lokaal en buiten de gebaande paden te kijken. Als je je met je team écht gaat beraden over het onderwijs en wat je ermee wilt bereiken bij je leerlingen, brengt dat veel enthousiasme teweeg, merk ik. Curriculumexpertise bouw je deels in de praktijk op, maar ik denk dat het goed is om de handreikingen die SLO biedt (zie kader, red.) te benutten. Collega’s in het land adviseer ik ook goed te onderzoeken of er een opleiding of cursus is die je verder kan helpen. Bovendien zijn er verschillende netwerken waar je ervaringen kunt delen en van elkaar kunt leren."

Mooi dat jullie SLO-tools gebruiken! Maken jullie vaker gebruik van instrumenten en informatie van SLO?
"Sinds ik in het ontwikkelteam Engels/Moderne vreemde talen van Curriculum.nu heb gezeten, ben ik bekend met veel van de werkzaamheden van SLO. Het is makkelijk contact leggen en ik weet de weg naar allerlei instrumenten. Ook mijn collega’s op school maken daar dankbaar gebruik van. Maar SLO zou wel wat meer bekendheid mogen krijgen bij de onderwijsprofessionals in het land."

En straks bij de implementatie van het vernieuwde curriculum, sta jij dan ook weer vooraan?
"Ik ben heel benieuwd wat er straks uitkomt en hoe we dat op school gaan implementeren. Ik ben zeker iemand die daar weer een actieve en stimulerende rol in wil spelen. En dan heb ik het voordeel dat ons team al enigszins op de hoogte is, omdat ik ze steeds mee heb genomen in mijn ervaringen in het ontwikkelteam."

Knap dat je het allemaal redt, ondanks de hoge werkdruk in het onderwijs.
"Als je dingen doet die je leuk en belangrijk vindt, dan doe je ze gewoon. Ik ben heel blij met de afwisseling in mijn werk. Ik zou ook het lesgeven niet willen missen. Het contact met leerlingen is belangrijk voor me. Bovendien kan ik in de praktijk dingen uitproberen die we bedacht en ontwikkeld hebben."

Ben of word jij ook curriculumspecialist?
Misschien denk je bij het lezen van dit artikel wel: ‘Goh, eigenlijk ben ik inmiddels ook curriculumspecialist’, of misschien heb je ambities in die richting. In elke school zijn wel curriculumspecialisten; leraren die het geheel overzien en bijdragen aan de ontwikkeling van het onderwijs buiten hun eigen vak. Dat kan in veel verschillende vormen, formeel en informeel, afhankelijk van de context van de school en ambitie van de leraar. Wil je meer lezen over carrièreperspectieven voor leraren, kijk dan op: https://www.beroepsbeeldvoordeleraar.nl/ 

Expertise die nodig is voor curriculumontwikkeling op schoolniveau ontwikkel je vaak in de loop van je carrière als leraar. Er is in Nederland geen formele opleiding tot curriculumspecialist. Wel zijn er masteropleidingen, zoals bijvoorbeeld de master Leren en innoveren, waar je onderzoek leert doen en leiderschap leert nemen in vernieuwingen. Dergelijke competenties kunnen je als curriculumspecialist helpen. SLO biedt ondersteuning aan leraren en opleiders gericht op het versterken van curriculumexpertise op scholen. Wil je meer weten over curriculumontwikkeling op school? Neem dan contact op met Geesje van Slochteren ([email protected]) en Talita Groenendijk ([email protected]). En kijk voor onze tools op: https://www.slo.nl/thema/meer/curriculumontwikkeling/