Volgens de zelfdeterminatie theorie kunnen we de intrinsieke motivatie aanwakkeren door autonomie te geven in wat, waar en hoe te leren. Door studerenden te laten ervaren dat ze goed bezig zijn, het gevoel van competentie te geven. Of door ze te laten ervaren dat wat ze leren ook interessant voor anderen is, het gevoel van verbondenheid. Beide manieren, intrinsiek én extrinsiek, leiden tot betere leerresultaten.

Oké. Maar waarom hamer ik dan altijd op het centraal zetten van intrinsieke motivatie? Waarom heb ik dit jaar op aanvraag van de vo-raad samen met docenten en schoolleiders zo veel tijd in die intrinsieke Motivatie-motor gestoken? Het stimuleren van leren door cijfers is toch veel makkelijker uit te voeren? Ja klopt, maar ik denk dat er een wezenlijk verschil is in hoe we leren onder deze twee manieren.

Stel: je leert omdat je een goed cijfer wilt halen. Wat is dan de beste tactiek? Je kunt het beste vaststellen waarop het cijfer gebaseerd is en zo economisch mogelijk je tijd besteden aan het bereiken van je doel, het binnenhalen van je cijfer. Wat wil de leraar horen? Bij mijn studenten is dat niet anders. In veel syllabi staan de termen die terugkomen op een toets vetgedrukt. Hier richt je automatisch je aandacht op en je kunt ze lekker makkelijk terugvinden bij het leren. Ik was hier een meester in tijdens mijn studie psychologie. Ik wilde destijds vooral met minimale inspanning mijn studiepunten halen. Ik begon te studeren in de laatste week voor de toets, leerde de vetgedrukte termen en, hoppa, het geleerde kon de prullenbak weer in, want het doel was bereikt.

In mijn afsluitende stage raakte ik meer intrinsiek gemotiveerd. Ik ging artikelen lezen om beter te begrijpen waar ik mee bezig was. En elk artikel leek meer vragen op te roepen dan antwoorden, dus ik bleef lekker lezen. Doordat ik zelf de stageplek en het onderwerp had uitgekozen in een omgeving waar iedereen met wetenschap bezig was werd ik nieuwsgierig naar waar ik mee bezig was. Ik werd ook nog eens gewaardeerd in wat ik deed. Als ik een artikel gevonden had en kort met mijn begeleider de inhoud besprak, zei hij: ‘Fijn dat jij nog leest, zo blijf ik ook een beetje bij.’ Ik was niet meer met het leren voor een bepaald resultaat bezig, ik was nieuwsgierig geworden.

Met andere woorden, als je leert voor een cijfer gaat dat ten koste van je nieuwsgierigheid. Je leert gewoon dat wat de docent graag wil horen. Dat ontmoedigt om zelf informatie op te zoeken, want het geleerde wordt gezien als onderdeel van de stof van dat moment en kan het beste zo snel mogelijk daarna vergeten worden, want de volgende toets komt er alweer aan. Als je leert uit nieuwsgierigheid ga je op zoek naar informatie en heb je het erover met mensen om je heen. Dat is het begin van een leven-lang-leerproces.

Ik eindig mijn colleges vaker met de opmerking: ‘Ik hoop dat we vandaag iets besproken hebben wat je nieuwsgierigheid heeft aangewakkerd. Iets wat je aan de eettafel vanavond gaat bespreken met je huisgenoten.’ Zou me dat lukken?

Nu maar hopen dat er niet te veel Haroldjes in de zaal zitten die geen flauw idee hebben waar ze mee bezig zijn, denk ik dan grinnikend als ik de collegezaal verlaat.