Zorg dat alle leerlingen naar school kunnen komen.

Uit recente cijfers blijkt dat ruim 251.000 kinderen onder de armoedegrens leven, dat is op 1 op de 13 kinderen. We weten dat die kinderen op sommige scholen vrijwel ontbreken en op andere scholen ruimschoots vertegenwoordigd zijn. Als wordt gesproken over de toegankelijkheid van het onderwijs dan is een eerste zorg dat alle kinderen, ook de ongestelde meisjes, naar school kunnen komen. In het najaar van 2021 was er een initiatief van het armoedefonds in samenwerking met de Gemeente Den Haag om menstruatieproducten op verschillende locaties in de stad, waaronder 13 middelbare scholen, uit te delen. Dit alles om het verzuim bij de meisjes terug te dringen en de participatie te vergroten.

Zorg dat alle leerlingen kunnen beschikken over de benodigde leermiddelen.

Sinds 2008 is de wet gratis schoolboeken (WGS) van kracht en heeft, onder andere, tot doel om de schoolkosten voor ouders met kinderen in het Voortgezet onderwijs te beperken. Devices maken geen deel uit van deze bekostiging en zijn voor rekening van de ouders. Sinds de coronacrisis is bekend dat op sommige scholen soms wel de helft van de leerlingen thuis niet beschikt over een eigen device. Noodzakelijk voor afstandsonderwijs maar ook noodzakelijk om gebruik te kunnen maken van digitale leermiddelen. In de evaluatie van de WGS, die aan de Tweede Kamer is aangeboden, is berekend dat het structureel financieren van devices in het VO voor alle leerlingen naar schatting minimaal 84 miljoen euro per jaar zou kosten. Dat is een bedrag dat de besluitvorming traag doet verlopen. De vraag dringt zich op of het voor alle leerlingen moet gelden? Er is immers maar een beperkte groep die geen beschikking heeft over een device en die nu bij de school of een stichting Leergeld moet aankloppen om een laptop te kunnen lenen.

Zorg dat alle leerlingen mee kunnen doen met alle activiteiten.

Per 1 augustus 2021 is de Wet over de vrijwillige ouderbijdrage van kracht. Het betekent dat leerlingen altijd aan alle extra activiteiten van school kunnen meedoen. Of ouders de bijdrage wel of niet betalen speelt niet langer een rol. Die extra activiteiten zijn belangrijk, hebben een vormend en socialiserend karakter. Maar het organiseren ervan kost wel geld. De intentie van de wet is een goede, maar in de uitvoering zal het mislopen. In Den Haag valt namelijk tezelfdertijd de mogelijkheid voor ouders weg om hun ouderbijdrage met de Ooievaarspas (kortingspas voor mensen met een laag inkomen) te betalen. Op sommige scholen was dit het geval bij bijna de helft van de ouders. Maar als die ouders hun bijdrage niet meer hoeven te betalen, dan zal ook de rest de ouders de hand op de knip houden. En dat zou kunnen betekenen dat ‘minder bedeelde scholen’ hun extra activiteiten gaan schrappen.

Ook de Onderwijsraad ziet dat. De raad adviseert ‘de overheid om de vrijwillige ouderbijdrage los te koppelen van het individuele kind en in plaats daarvan ouders een gemaximeerde bijdrage te vragen. Deze bijdrage komt terecht in een schoolfonds waaruit de school kan putten voor alle leerlingen.’ Ook adviseert de raad om ‘de mogelijkheden voor een lokaal of regionaal onderwijsfonds te onderzoeken. Een deel van de ouderlijke bijdrage zou dan naar een bovenschoolse financiële voorziening kunnen gaan. Minderbedeelde scholen kunnen daarop een beroep doen om activiteiten voor hun leerlingen te bekostigen.’

Tja. Nadat de leerlingen naar de voedselbank zijn geweest voor maandverband en naar Stichting Leergeld voor een laptop, moeten ze straks ook naar een bovenschools fonds voor de bekostiging van de activiteiten. Hoe moeilijk willen we het deze kinderen maken? Hoe groot willen we het schaamtegevoel van deze leerlingen laten zijn?

Dat rekening houden met verschillen in leerlingpopulatie mogelijk is heeft de overheid al laten zien met de toekenning van de NPO-gelden en de arbeidsmarktoelage. Maar voor meer gelijkheid is het lef nodig om scholen structureel ongelijk te bekostigen, ten dienste van gelijke uitkomsten: alles toegankelijk voor alle leerlingen!

Eugenie Zwanenburg is afdelingsleider vwo aan het Hofstad Lyceum in Den Haag.