Het schuurt in ons onderwijssysteem. Op dit moment zijn in ons land leerlingen pas 11 of 12 jaar oud als wordt bepaald of zij naar vmbo, havo of vwo gaan. Deze keuze heeft helaas een steeds definitiever karakter. De overstapmogelijkheden zijn in de praktijk zeer beperkt. Voor leerlingen die niet op de goede plek zitten, is het buitengewoon lastig om later nog in te stromen in een ander onderwijstype.

Het keuzemoment wordt als een ‘onnatuurlijke knip’ beschouwd in de ontwikkeling van pubers. Zeker als dit voor alle kinderen op precies hetzelfde moment van één kalenderjaar dient te gebeuren. Het eendimensionaal determineren naar niveau sluit niet aan bij de individuele verwachtingen van kinderen en ouders en doet geen recht aan verschillen in ontwikkelingstempo en kwaliteiten van kinderen.

Sinds 2008 ben ik, samen met bestuurders PO en VO, mede-initiatiefnemer en nauw betrokken bij de ontwikkelingen rond 10-14 onderwijs. Wat mij daarin drijft zijn persoonlijke ervaringen met leerlingen die last hadden van de overgangen in het onderwijs. Ik zag in de dagelijkse praktijk dat ondanks allerlei goed bedoelde initiatieven de overgang po-vo voor veel kinderen een hindernissenbaan bleef. Het onderwijsveld zelf heeft vanaf 2008 gezocht naar structurele oplossingen voor de overgang po-vo. Met resultaat! Er zijn doorbraken gekomen van onderop. Sleutel hiervoor was de bereidheid - met lef, en liefde voor dit onderwerp - van bestuurders en leraren in po en vo om er echt voor te gaan. Om echt naast elkaar te gaan staan en met elkaar op te trekken om het beste te realiseren voor onze leerlingen in 10-14 onderwijs. In de praktijk zie ik dat dit absoluut vruchten afwerpt. Een gezamenlijke visie op leren. Een onderwijsconcept voor 10- tot 14-jarigen dat ononderbroken leren van 10-14 jaar mogelijk maakt en dat aansluit bij hun talenten, ontwikkelingsfase, onderwijsbehoeften en hun leerstijl.

Het is voor mij een ‘cadeautje’, elke keer weer, als ik zie dat drempels worden weggenomen en kinderen echt tot wasdom komen in hun ontwikkeling. Keuzes voor een vorm van voortgezet onderwijs worden uitgesteld. Het is prachtig om te zien dat leerlingen veel meer eigenaarschap krijgen voor hun eigen leerproces. Dat echt recht wordt gedaan aan de verschillen in passie, talent, ontwikkeling en tempo van kinderen, waardoor alle kinderen betere kansen krijgen. Onderwijs zoals onderwijs bedoeld is. Zeker in deze tijd van steeds grotere kansenongelijkheid laat 10-14 onderwijs zien dat het inderdaad anders kan.

Niet alleen voor leerlingen biedt 10-14 onderwijs kansen. Heel veel besturen en scholen kunnen hun voordeel doen met de ervaringen en inzichten van de ‘innovators’ en ‘early adaptors’. Daarom mijn advies: maak gebruik van bestaande kennis en zoek elkaar op. Maar realiseer dat er geen ‘heilige graal’ is. Blauwdrukken zijn er niet.

Nederland telt momenteel zes 10-14 initiatieven. De verwachting is dat het aantal concrete initiatieven in de toekomst jaarlijks flink zal stijgen. Er zijn immers ruim 80 bestuurders uit PO en VO zich aan het voorbereiden op realisering van 10-14 onderwijs. Dat is geen sinecure. De systeemwereld bevat nog altijd tal van schotten tussen primair- en voortgezet onderwijs, zoals verschillende bekostiging, meer regelingen, cao’s, verantwoordelijkheden etc.

Het is daarom echt een mijlpaal in het overheidsbeleid dat in het Regeerakkoord 2017 de ruimte voor 10-14 onderwijs is vergroot. In opdracht van OCW en in samenspraak met de ‘kwartiermakers 10-14 onderwijs’ is inmiddels onderzoek gestart naar hoe meer ruimte concreet kan worden gemaakt. Een mooie stap naar een wat mij betreft hoger liggend doel: de doorlopende ontwikkeling van onze leerlingen. Dan is 10-14 onderwijs niet het eindpunt, maar een leerzame tussenstap naar een doorlopende leerlijn 0-18. We hebben dus nog even te gaan!