Onderwijs, je weet soms niet wat je overkomt. Ik spreek Patricia, onze onderwijsassistente die rekenles geeft aan de leerlingen van klas 2. Zij is aan het einde van haar werkdag aangehouden door de politie, onder verdenking van diefstal. Dat had te maken met de rekenles.

Patricia geeft op vrijdagmiddag les in een computerlokaal. In de klas zit Sylvana, een meisje met een hele dure telefoon, die in de les helemaal niet uit de tas mag, maar daar is Sylvana stiekem toch in geslaagd. Het lokaal staat vol met beeldschermen en andere obstakels en je moet plafondspiegels ophangen om in de gaten te houden of er geen telefoons op tafel liggen. Wij zijn de school ‘Waar je gezien wordt’ (mission statement), maar plafondspiegels gaat te ver.

Patricia merkt de telefoon pas op als de leerlingen na de bel het lokaal uit zijn en zij een rondje doet om de computers uit te zetten. Sylvana is haar telefoon vergeten... aaii... het is vrijdagmiddag, de leerlingen zijn al naar huis, Patricia doet de telefoon in haar tas. Dat is riskant, want zo’n kreng kost snel 600 euro, eigenlijk een belachelijk bedrag voor een gebruiksartikel van pubers, die notoir slordig en vergeetachtig zijn. Nu loopt Patricia er mee en zij is er ook nog eens verantwoordelijk voor dat zij de telefoon niet verliest. 600 euro...

Het blijkt dat de ouders niet de school maar de politie hebben gebeld.

Dat gaat zij meemaken. Na de lessen doet zij de leerlingenadministratie en bereidt de lessen van maandag voor. Zij vergeet de telefoon, die in haar tas zit. Daarna stapt zij in de auto en rijdt naar Zaandam. Thuis zet zij de auto in de parkeergarage en als zij naar buiten loopt wordt zij staande gehouden door twee politieagenten. Of zij even mee wil lopen. Patricia is zich van geen kwaad bewust en wel verbaasd.

‘Heeft U een mobiele telefoon?’
???
Ja, natuurlijk heeft zij er een en Patricia haalt haar telefoon uit haar tas.
‘Heeft U nog een telefoon?’
‘Oooh, wacht, natuurlijk… ja hier, die is van een leerling... die is haar telefoon vergeten.’
Patricia legt het allemaal uit, het hoe en waardoor.
‘Niet zo slim hè, de telefoon van een ander in je tas doen. Had U beter af kunnen geven aan de conciërge.’

Het blijkt dat de ouders niet de school maar de politie hebben gebeld. Dankzij ‘Find your IPhone’ was Patricia een verdacht groen bolletje geworden dat zich bewoog over de A7 naar Zaandam.

Patricia is een schat van een meid, maar je moet niet bijdehand gaan lopen doen. Dan kun je het krijgen ook. Daar komt nog bij dat de agent de leeftijd van haar zoon heeft en Patricia ondertussen al een paar keer oma en dan is ‘Niet zo slim hè...’ niet de juiste toon.

Einde van het liedje? Nou nee, de ouders hebben achteraf geklaagd bij de schoolleiding dat zij de telefoon in haar tas heeft gehouden. Dat hoort een leerkracht toch niet te doen.

Wat zou Sylvana nu wijzer geworden zijn van de voorbeeldrol van haar ouders in deze situatie?