Ik heb jaren in klaslokalen doorgebracht, op basisscholen en op middelbare scholen. Niet frontaal, maar achter in de klas gewapend met afvinklijsten, kijkwijzers en gespreksleidraden. In het begin was die plek mij alles behalve vertrouwd. Mijn werk had zich tot die tijd achter een bureau voltrokken, ik was taalkundige en toetsexpert. Toch vond mijn nieuwe werkgever destijds dat dat moest kunnen. Dus liet ik me bijpraten door collega’s die orthopedagoog waren, deed nog wat (vooral) didactische kennis op en begaf de vervolgens met een flinke dosis voorgewende zelfverzekerdheid naar de verschillende scholen. En dat ging; ik hou van kinderen en heb een zeker gevoel voor menselijke verhoudingen. Dus we kwamen er meestal wel uit, in de zin dat de leraar en ik tevreden uit elkaar gingen. Ik weet niet precies wat dat voor opbrengst is.

Wat is het moeilijkst vond waren de situaties waarin mijn theorie over groepsgedrag, mijn kennis over instructieaanpakken of mijn afvinklijst klassenmanagement geen uitkomst boden. Dat waren situaties waarin leraren gewoon deden wat zij behoorden te doen, maar waarin het toch mis ging. Waarin het in het lokaal miegelde van klein en groot verdriet, klein en groot onrecht. Ik zag dat, ik voelde dat maar ik had maar weinig aan de leraar te bieden, ik had er eenvoudig geen taal voor. En voelde me ook bezwaard om het erover te hebben want wat wist ík nu? En het werkte natuurlijk ook andersom. ‘Ik geef jou een klap voor je kop!’ zei een lerares en alleen zij, precies zij in die situatie kon dat zeggen. Pas nu weet ik dat het hier in de kern ging om pedagogiek, pas nu heb ik een referentiekader.

Toen ik pedagogiek programmeerde voor de openingseditie van schooljaar 2019/20, had ik niet meer dat een huis-tuin-en-keukenbegrip van dit onderwerp, met wat misconcepties incluis. (Mijn moeder kon vroeger met een mengeling van ontzag en plezier zeggen: ‘Ach, dat is zo’n pedagoog…’ Ze bedoelde daarmee: een mooiprater. Iemand die zich met wat slimme zinnen door moeilijke situaties heen laveerde met behoud van de relatie, maar wel voor eigen gewin. Zie daar mijn eerste misconceptie.) Maar inmiddels, na mijn gebruikelijke veldwerk, wordt mij steeds duidelijker hoe pedagogiek een wijsheid is die nooit los gezien kan worden van de praktijk. De artikelen in dit nummer maken die positionering meer dan duidelijk. Ik had ook ‘wetenschap van de praktijk’ kunnen schrijven maar pedagogiek als wetenschap is denk ik een vraagstuk dat zich alleen laat behandelen in rechtstreeks verband met hoe men het wezen van de pedagogiek beziet. Of – for that matter – de essentie van ‘wetenschappelijk’. Het antwoord is misschien niet zo interessant, ik zou zeggen: wijsheid gebaseerd op systematische reflectie.

Een ander boeiend facet vind ik de mate van ‘verwerfbaarheid’ van ‘pedagogische trefzekerheid’. Kun je dat leren of moet je behept zijn met de x-factor? De p-factor in dit geval. Is het net zoiets als muzikaliteit waaraan ik altijd moet denken als Gert Biesta het heeft over virtuositeit? In dat kader vind ik ook het onderwerp ‘Intuïtie’ interessant, waarop Gerbert Sipman aan het promoveren is. Al met al blijft een mate van ongrijpbaarheid aan het onderwerp vast zitten. Kennelijk kun je meer voelen en ervaren dan uitdrukken in taal. De titel van het boek van Max van Manen biedt mij wat dat betreft een prettige houvast: Weten wat te doen als je niet weet wat te doen.

Van Twaalf tot Achttien maken betekent voor mij elke maand weer leren over het thema dat we agenderen en dat was bij dit thema zeker het geval. Ik weet niet zeker of elk artikel even ‘spot-on’ is, en er is ook wel hier en daar overlap te bespeuren. Schrijf dat dan maar op het conto van uw hoofdredacteur en het ‘work in progress’ dat zich hier voltrok. Maar samen vormen alle artikelen weer een gevarieerde eenheid die ik met plezier aan jullie presenteer aan het begin van dit nieuwe schooljaar. Daarbij hebben we ook nog een extraatje ingeschoven, namens stichting Nivoz, een van de bronorganisaties als het gaat om dit onderwerp.

Voor het schooljaar 19/20 zou ik zeggen: hervind de pedagoog in uzelve!

Ik wens iedereen veel leesplezier,

Renske Valk